Operation Manual

DU-12
Als de camera wordt ingeschakeld zonder
een geplaatste SD-geheugenkaart,
verschijnt het bericht ”NOCARD” op het
LCD-controlescherm.
Om te vermijden dat waardevolle gegevens
per ongeluk worden gewist van een SD-
geheugenkaart, kunt u het lipje voor
schrijfbeveiliging (aan de zijkant van de
SD-geheugenkaart) op “LOCK” schuiven.
Voor het opslaan, bewerken of wissen van gegevens op een SD-geheugenkaart
dient u het lipje van de schrijfbeveiliging weer te ontsluiten.
U dient de SD-geheugenkaart te formatteren alvorens deze in deze camera te
gebruiken. Raadpleeg het hoofdstuk in deze handleiding genaamd “De SD-
geheugenkaart formatteren” voor nadere details.
Een SD-geheugenkaart (optionele accessoire) plaatsen
en verwijderen
Afbeeldingen die met deze camera worden gemaakt worden opgeslagen op de SD-
geheugenkaart. Zonder SD-geheugenkaart kunt u met deze camera geen beelden
vastleggen.
De SD-geheugenkaart plaatsen
1. Open het klepje over de batterij/SD-
geheugenkaart.
2. Plaats de SD-geheugenkaart in de juiste
richting, zoals getoond wordt.
Houd de SD-geheugenkaart vast met de
voorkant van de SD-geheugenkaart
(gedrukte pijl) naar de achterkant van de
camera, en plaats de kaart dan zo ver
mogelijk in de sleuf.
3. Sluit het klepje van de batterijbehuizing/SD-
geheugenkaart.
De SD-geheugenkaart verwijderen
Open het klepje van de batterij/SD-kaart. Als u voorzichtig op de rand van de SD-
geheugenkaart drukt, wordt de kaart uitgeworpen.