Operation Manual
42
2.6 De ampul, adapter en infusieset
aansluitent
Controleervoordatudeampul,adapterofinfusiesetvervangt,of
uwpompgoedfunctioneert.
Zieparagraaf7.1.1 Checklist.
Alsdezuigervandeampulendeaandrfstangnietgoedop
elkaarznaangeslotenenudeinsulinepompopeenhogere
plaatsdraagtdandeinfusieplaats,kanerongecontroleerd
insulineuitdeampulofdeinfusiesetlopen.Voorkomhetlekken
vaninsulinedoordeampulopdejuistemanierteplaatsen:
verplaatsdeaandrfstangnaardejuistepositieendraaide
adapterzodanigvast,datdezuigervandeampultegende
eindplaatvandeaandrfstangligt.(Zieparagraaf3.5 Vervangen
van de ampul en de infusieset)
Zorgervoor,datudevolgendematerialenbdehandheeft:
EengevuldAccuChekSpiritampulsysteem(3,15mL)met j
lueraansluiting(raadpleegdegebruiksaanwzingvandit
productvoorinstructiesvoorhetvullen)
EenAccuChekSpiritComboinsulinepompadapter j
EennieuweAccuChekinfusieset j
w WAARSCHUWING
Omluchtbellentevoorkomenishetnoodzakelk,datde
ampulvoorgebruikopkamertemperatuuris.