Operation Manual

1
7
1
Niveau van de ampul
Geeft de nog in de ampul aanwezige eenheden insuline
weer.
2
Bolusvoortgangsbalk
Visuele weergave van de hoeveelheid en de duur van
de actieve bolus (niet zichtbaar als er geen bolus wordt
toegediend).
3
Symbool voor het type bolus
Geeft het type bolus van de actieve bolus aan.
4
TBD-voortgangsbalk
Visuele weergave van de hoeveelheid en de duur van de
actieve tijdelijke basale dosering.
5
Basaal-symbool
Geeft een actief basaal profiel
of tijdelijke basale
dosering (TBD) aan.
6
Basale dosering
Geeft de basale dosering in eenheden per uur weer.
Geeft voor tijdelijke basale doseringen ook het
percentage van het actieve tijdsblok van het basale
profiel weer.
7
Resterende bolusinsuline
Geeft de van de actieve bolus resterende eenheden
bolusinsuline weer.
8
Resterende TBD-tijd
Geeft de van de actieve tijdelijke basale dosering
resterende tijd weer.
9
Pompstatus
Geeft aan of de pomp loopt
of is gestopt .
10
Communicatiesymbool
Geeft aan dat de meter en de pomp met elkaar aan het
communiceren zijn.
11
Resterende bolustijd
Geeft de resterende hoeveelheid tijd van een vertraagde-
of multiwave-bolus weer.
12
Ladingstoestand van de batterij van de pomp
Geeft de resterende lading van de batterij van de pomp
weer.
52327_07149336001_01.indb 7 7/29/14 9:57 AM