Operation Manual

14
2.1 Plaatsen van de batterij
Uw Accu-Chek Insight-insulinepomp gebruikt een 1,5 V AAA
alkaline (LR03)- of lithium (FR03)-batterij.
w WAARSCHUWING
•Alkalinebatterijen: gebruik alleen hoogwaardige
alkalinebatterijen die geschikt zijn voor energie-intensieve
apparaten als flitseenheden van fotocamera’s.
Lithiumbatterijen: gebruik alleen lithiumbatterijen die
voldoen aan IEC 60086-4. Wij bevelen als batterij aan
Energizer Ultimate Lithium, FR03, AAA, 1,5V, aangezien
deze met succes bij de Accu-Chek Insight-insulinepomp is
getest. Neem contact op met Accu-Chek Diabetes Service
van Roche als u een ander dan het aanbevolen type
lithiumbatterij wilt gebruiken.
•Zorg er altijd voor dat bij het vervangen van de batterij het
juiste batterijtype wordt geselecteerd.
Uw insulinepomp wordt aangezet, zodra u de batterij plaatst.
Als u de batterij verwijdert, houdt uw insulinepomp de tijd en de
datum nog ongeveer 10 uren vast.
Als u de batterij verwijdert, terwijl uw insulinepomp insuline aan
het toedienen is (RUN-modus), stopt de insulinepomp
automatisch (PAUZE-modus) en start weer zodra u een nieuwe
batterij heeft geplaatst. Na een bevestiging word de toediening
van de tijdelijke basale doseringen en bolussen, die op dat
moment werden toegediend, voortgezet. Als de insulinepomp
zich in de PAUZE-modus bevindt, geeft de insulinepomp zolang
de batterij is verwijderd elke 8 seconden een pieptoon af.
De insulinepomp stopt echter volledig en annuleert tijdelijke
basale doseringen en bolussen, als deze langer dan 15 minuten
zonder batterij is geweest (STOP-modus). Zodra u de batterij
heeft vervangen, moet u de insulinepomp opnieuw starten vanuit
het hoofdmenu Menu en alle tijdelijke basale doseringen en
bolussen opnieuw instellen. Zie hoofdstuk3.2, pagina41.
De instellingen van uw insulinepomp (zoals de basale doseringen
per uur, de nog in de ampul aanwezige hoeveelheid insuline, de
bolusstappen, het actieve gebruikersprofiel en de
alarminstellingen) en het geheugen van de gebeurtenissen (het
overzicht van de bolussen en de alarmen, het overzicht van de
per dag toegediende hoeveelheid insuline en tijdelijke basale
doseringen) blijven altijd opgeslagen, ongeacht de toestand van
de batterij of de tijdsduur, dat de insulinepomp zonder stroom is
geweest.
Om te waarborgen, dat uw insulinepomp waterdicht blijft, moet
de deksel van het batterijcompartiment elke 6 maanden worden
vervangen. Appendix G: Lijst van accessoires, pagina192.
man_06455298001_D_nl.indb 14 04.05.2016 11:38:41