Operation Manual
44
2.4 Uitvoeren van een bloedglucosemeting
Controleer, voordat u uw eerste bloedglucosemeting uitvoert, of de meter correct is ingesteld en voer een
functiecontrolemeting uit. Voor het uitvoeren van een meting zijn een gecodeerde meter, een teststrook en
een prikpen nodig.
w WAARSCHUWINGEN:
• Breng geen wijzigingen aan in uw behandeling op basis van één enkel resultaat van een
bloedglucosemeting.
• Negeer NOOIT symptomen, die veroorzaakt kunnen worden door een hoge of een lage
bloedglucosespiegel.
i OPMERKING:
Gebruik voor het uitvoeren van functiecontrolemetingen uitsluitend Accu-Chek Aviva Control-oplossingen.
Zie hoofdstuk 3, ”Functiecontrolemetingen” voor meer informatie over functiecontrolemetingen.