Operation Manual

7
233
7.5 Onderhoud en metingen
Bij normaal gebruik heeft de meter weinig of geen onderhoud nodig. Telkens als u de meter aanzet,
test deze automatisch zijn eigen functies en informeert u als er iets niet in orde is. Voor gedetailleerde
informatie over het oplossen van problemen met de meter, zie hoofdstuk 8, “Problemen oplossen”.
Als u de meter heeft laten vallen of als u twijfelt over de juistheid van de resultaten, moet u controleren
of uw teststroken en controleoplossing nog niet vervallen zijn en vervolgens een functiecontrolemeting
uitvoeren.
Voer een functiecontrolemeting uit voor iedere nieuwe flacon teststroken.
Als de meter niet correct werkt, moet u contact opnemen met Roche.