User manual
10
Voorwoord
Geachte klant,
Wij bedanken u voor de aankoop van deze thermodifferentiaalmelder.
Met dit toestel heeft u een product gekocht, dat met de allernieuwste
techniek werd gebouwd. Dit product voldoet aan de eisen van de
geldende Europese en nationale richtlijnen. De overeenstemming werd
aangetoond, de overeenkomstige verklaringen en documenten zijn bij de
fabrikant gedeponeerd. Om deze toestand te behouden en een gebruik
zonder gevaren te garanderen, moet u als gebruiker deze montage-
instructies in acht nemen!
Opmerkingen
De thermodifferentiaalmelder dient in combinatie met een inbraakalarm-
of gevaarmeldingsinstallatie voor de beveiliging tegen branden. Hij wordt
op plaatsen met een hoge stofbelasting gebruikt (garages, industrie) of op
plaatsen waar niet met een sterke rookontwikkeling bij branden (uiterst
ontvlambare brandstoffen) wordt gerekend.
De thermodifferentiaalmelder detecteert twee criteria. Hij reageert op een
temperatuur boven de 57 °C en bij een abrupte temperatuurstijging van 5
°C binnen drie minuten.
Opgelet!
Thermodifferentiaalmelders kunnen niet ter voorkoming van brand
gebruikt worden. Ze dienen uitsluitend voor het constateren van bepaalde
brandkenmerken. Let er bij de installatie op dat de positie van de
afzonderlijke melders overeenkomstig de geldende
brandveiligheidsvoorschriften en –aanbevelingen werd gepland.
Deze melder is uitsluitend voor toepassingen binnenshuis geschikt!
Om een goede werking van uw thermodifferentiaalmelder te garanderen,
neemt u a.u.b. de volgende opmerkingen in acht:
• Demonteer de melder niet
• Let op hindernissen die de luchtstroom naar de detector zouden
kunnen hinderen.
Controleer na de installatie of alle melders van een brandalarmsysteem
functioneren en herhaal deze controle elk jaar.
Positionering
U dient voor uw eigen veiligheid of voor de veiligheid van uw klant
thermodifferentiaalmelders alleen centraal boven het te bewaken vlak te
positioneren. Let erop dat de melder minimaal 30 cm van de wanden
verwijderd gemonteerd wordt.U dient thermodifferentiaalmelders in
ruimten te gebruiken waarin geen hoge temperaturen heersen of de
temperatuur plotseling 4 °C -5 °C verandert. Daartoe tellen bijvoorbeeld
stookruimten, bakkerijen etc.
Installatie
1. Maak de melder van de bodemplaat los door melder en bodemplaat
tegen elkaar te drukken en linksom te draaien.
2. Installatie van de bodemplaat:
2.1. Bevestig de bodemplaat met pluggen en schroeven op de
wand of op het plafond.
2.2. De melder heeft vier aansluitsnoeren voor de installatie nodig.
Het schakelschema is in afb. 1 weergegeven, de bodemplaat
in afb. 2.
De cijfers voor de markering van de aansluitingen vindt u
binnen in de bodemplaat terug.