User guide

128
13. Technische gegevens
Veiligheidsgraad: 2 EN 50131-1 en -3 :2007-04
Milieuklasse: II, EN50131-1 of EN50130-5
Bedrijfstemperatuur: -10 °C tot +55 °C, EN50130-5 Clause 8 (+55 °C) and Clause
10 (-10 °C), met gemiddelde relatieve luchtvochtigheid 75%, niet condenseren.
Spanningsvoeding: 10 – 14 V DC, 12 V DC nominaal, toestelveiligheid door verpolingsveiligheidsdiode
Stroomopname: max. 300 mA
Noodstroomvoorziening: geen
Aantal kanalen: 8 toestelkanalen
8 PIN/Proximity-chipsleutelkanalen
Weergave: 10 LED’s, bij gesloten behuizing van buiten zichtbaar.
8 blauwe LED’s voor kanalen en voor de programmering
1 rode LED voor storing
1 groene LED voor weergave stroomvoorziening
Uitgangen: 6 halfgeleiderrelais met potentiaalvrije contacten (instelbaar op NO of NC) voor
Sabotage
Overval
Activeringscommando
Intern activeringscommando
Lege batterij
Supervisie of jamming
Max. schakelvermogen
U DC max = 48 V DC
I DC max = 500 mA
U AC max = 30 V AC rms
I AC max = 350 mA rms
Doorlaatweerstand <=2
Begrenzerweerstand >=50 M (bij een maximale kruipstroom van 1 µA bij 50 V)
Ingangen: 10, spanningsgestuurd, voor
Alarmcentrale geactiveerd
Alarmcentrale intern geactiveerd
Niet klaar voor het activeren of algemene fout
Flits
Sirene bij alarm
Programmeermodus
Sirene bij brand
Infosignaal ingangstijd
Infosignaal uitgangstijd
Infosignaal fout tijdens uitgangstijd