Operation Manual

Bijkomende functies
52 eud-1383/1.0 – R1.0 – 10.2011
ACD (Automatic Call Dis-
tribution)
De oproeproutering van oproepen in de wachtrij kan worden beheerd met een
ACD-toepassing.
Gebruikersgroep
In de gebruikersgroep worden inkomende en interne oproepen gerouteerd
naar een groep interne bestemmingen aan de hand van een vooraf geconfigu-
reerde oproepverdeling.
HomeAlone
Als oproepen naar een gebruikersgroep maar door één gebruiker kunnen wor-
den beantwoord, kan de desbetreffende gebruiker Home Alone activeren voor
een gebruikersgroep. Als de gebruiker vervolgens al een oproep heeft aange-
nomen, wordt voor alle daaropvolgende interne of externe oproepen naar een
gebruikersgroep een bezettoon weergegeven.
configureren
U kunt macro functies toepassen voor het definiëren van een functie naar
gelang uw persoonlijke behoeften. Een functie kan bestaan uit één of meer-
dere macro functies, functie codes en telefoonnummers. U kunt een functie
direct uitvoeren of opslaan onder een toets. Raadpleeg het hoofdstuk "Func-
ties maken", pagina 96 voor meer informatie.
CLIR
Met deze functie voorkomt u dat uw telefoonnummer op de telefoon van de
beller wordt weergegeven. Raadpleeg het hoofdstuk "Het onderdrukken van
uw nummerweergave op de display bij de extern gebelde partij", pagina 61
voor meer informatie.
Doorschakel
Met deze functie kunt u een inkomende oproep doorschakelen naar een
andere gebruiker. Raadpleeg het hoofdstuk "Een oproep doorschakelen gedu-
rende de oproepfase", pagina 54 voor meer informatie.
Headset
Met deze functie kunt u de headsetmodus activeren. Raadpleeg het hoofdstuk
"Een headset gebruiken", pagina 19 voor meer informatie.
Parkeer
Met deze functie plaatst u een beller in de wacht zonder een telefoonlijn te
gebruiken. Raadpleeg het hoofdstuk "Een gesprek parkeren", pagina 42 voor
meer informatie.
Niet Storen
Met deze functie worden inkomende oproepen automatisch omgeleid naar
een specifieke bestemming. Raadpleeg het hoofdstuk "De beveiliging tegen
oproeptypen activeren", pagina 84 voor meer informatie.
Handsfree werking
Met deze functie worden de luidspreker en de microfoon geactiveerd. Raad-
pleeg het hoofdstuk "Gebruik van de handsfree mode", pagina 18 voor meer
informatie.
Discrete oproep
Met deze functie gaat de telefoon slechts één keer over. Raadpleeg het hoofd-
stuk "Activeren/deactiveren van discrete oproep", pagina 61 voor meer infor-
matie.
Begroeting
Met deze functie kunt u de gewenste begroeting activeren of deactiveren.
Raadpleeg het hoofdstuk "Persoonlijke begroetingen beheren", pagina 88
voor meer informatie.
Alleen bellen
Met deze functie kunt u opgeven op welke van uw telefoons een hoorbaar sig-
naal wordt weergegeven bij inkomende oproepen (als onderdeel van het con-
cept één nummer voor iedere gebruiker). Raadpleeg het hoofdstuk "Alleen bel-
len activeren", pagina 63 voor meer informatie.
Functie Beschrijving