Operating Instructions and Installation Instructions
BMS Interface Module
9
6. Verbind de Modbus communicatiekabel vervolgens op de gewenste manier met het
gebouwbeheersysteem. Gebruik hiervoor de met de BMS Interface meegeleverde
connector om de twee kabels aan elkaar te verbinden.
7. Sluit de kabel naar het gebouwbeheersysteem aan op de meegeleverde contrastekker.
Voer de kabel eerst door de trekontlaster van de contrastekker. Deze drie aderige kabel
(2 aders + aarde) is overigens niet meegeleverd. Let bij het aansluiten van de aders op
de juiste volgorde.
LET OP:
Voor de optimale werking dient de kabel tussen de BMS Interface en de centrale computer
van het gebouwbeheersysteem van een afgeschermde twisted pair type te zijn met een
maximale lengte van 1200 meter.
Plaats als laatste de meegeleverde clip over de stekker en vergrendel hiermee de twee
stekkerdelen aan elkaar. De kabel is nu juist aangesloten.
1 = bruin Modbus 1 - Tx+
2 = wit Modbus 1 - Tx-
3 = geel/groen Aarde